Een tuin waaraan ik werk laat mij niet meer los zolang ik ermee bezig ben, en nog lang daarna. Dit geldt ook voor de tuin waaraan ik in december werkte en die hopelijk in 2021 zal worden aangelegd door Wilde Weelde collega Pieter Jansma van Jansma’s Hof.
Leuk om te vermelden is dat het erf recht tegenover de oude Tuinbouwschool in Frederiksoord ligt, een plek vol groene herinneringen, waar ik in 2005 mijn hoveniersdiploma behaalde.
Trefwoorden voor de opnieuw in te richten tuin waren: sfeervol, speels, ruimte voor kunst, rust, beweging, ronde vormen, verbinding met de natuur, seizoensbeleving, de natuur mag zijn gang gaan, omarming van leven en dood, beplanting passend in de omgeving, diverse terrassen, schommelplek, ruimte voor dieren en voor water.
De 1000 m2 grote tuin is door de vorige bewoners flink verwaarloosd, maar biedt ook kansen. Een gevolg van de verwaarlozing is dat het erachter gelegen bos zichzelf heeft uitgebreid richting achtertuin, waardoor deze meer dan de helft kleiner lijkt. Maar zo’n deel bos is ook een cadeautje als het kan worden opgenomen in een nieuw plan!
In de tuin trof ik vooral doorgeschoten Hortensia’s en Sedums, maar ook een prachtkans: een enorme bruine beuk die een groot deel van de voortuin in beslag neemt: de perfecte basis voor een heuse stinzentuin!
Het ontwerp
De voortuin krijgt een bestrating in stromende ronde vormen van tweedehands klinkers. De beukenhaag is een blijvertje. Hij past bij het historische aanzicht van deze laan in Frederiksoord. Met de reusachtige beuk als blikvanger wordt de voortuin verder eenvoudig ingevuld met een sierappel, heesters, planten en bollen die in stinzentuinen voorkomen. Alpenbes, Sneeuwbes, Prachtframboos en Boerenjasmijn, grote groepen Donkere ooievaarsbek, Longkruid, Daslook, Akelei en Maarts viooltje, Sneeuwklok, Bosanemoon, Wilde hyacint. Dicht onder de beuk vooral Maagdenpalm met hier en daar een Italiaanse aronskelk.
De achtertuin is verdeeld in ‘stenig’, ‘open’ en ‘besloten’.
Het stenige deel, een groot terras tegen het huis bestaande uit twee niveau’s, is verhard met hergebruikte tegels en klinkers. Dit terras krijgt een pergola van kastanjehout die meebeweegt met de vorm van het terras. Ook op andere plekken komt het kastanjehout terug in de vorm van hekjes en een compostplek. Een lage keermuur scheidt het terras van de tuin.
In het zonnige open deel, grenzend aan het grote terras, komt een border met naturalistische beplanting, een mix van inheemse – en cultuurplanten, met daarin een ronde poel. Het ronde terras, krijgt als ‘rugdekking’ een rond gevlochten wilgentenen vlechtscherm. De paden in het open deel zijn van dololux-halfverharding en waar de tuin meer besloten is komen paden van houtsnippers.Tussen twee oude opgekroonde hulstbomen hangen we de schommel.
Het oprukkende bos wordt opgeschoond zodat het betrokken wordt bij de tuin. Enkele hazelaars, esdoorns, hulst en vlieren blijven staan, de rest moet het veld ruimen. Meer naar het huis toe mag de oude Magnolia een nieuwe schaduwborder gaan sieren. Deze border wordt gevuld met schaduwminnende naturalistische beplanting.
De erfgrenzen bestaan uit een flinke takkenril tussen bestaande bomen, palen van kastanjehout, een laag kastanje houten hekwerk en een brede ‘ruige’ haag met tien verschillende soorten inheemse bomen en struiken waaronder meidoorn en egelantier.
Het kan niet anders dan dat alle levende wezens zich hier gelukkig zullen gaan voelen!
Tekst en foto’s: AnneMarie Groen-Broer
Juffer-in-het-Groen Natuurlijke Tuinen