Kerstroos?

Helleborus viridis, foto van Margo van Beem

Helleborus viridis, foto van Margo van Beem

Ik moet zeggen dat ik in de tuin nog nooit een kerstroos heb zien bloeien met de kerst. Als je naar het tuincentrum gaat, vind je daar natuurlijk wel bloeiende Helleborus niger, voorgetrokken om er in december al van te kunnen genieten. Dit is meteen de meest lastige soort om als vaste plant in je tuin te planten. In de tuingrond geplant legt de plant na een tijdje al het loodje. Dat komt omdat ze na het voortrekken in de winter al wat verzwakt zijn. Een andere reden is dat de plant van nature op een rotsige bodem, op een afwaterende plaats groeit, waar wel voldoende vocht beschikbaar is. Een betere plaats krijgt Helleborus niger op een halfbeschaduwde plaats in een stapelmuurtje dat een klein hoogteverschil in de tuin opvangt. Er moet voldoende contact zijn met de achterliggende grond voor voldoende vocht. Zet hem niet teveel in het zicht, want in de zomer zien ze er niet zo mooi uit.

Je kunt ook eens uitkijken naar andere soorten Helleborus. Maar ik waarschuw je, ze bloeien geen van allen met de kerst als je ze niet voortrekt! Wel is het een prachtige voorjaarsbode die vaak samen met de sneeuwklokjes en de eerste krokussen bloeit. De eerste hommels en bijen zijn vaak te vinden op de bloemen van de vroegbloeiende Helleborus.

Helleborus foetidus, foto Margo van Beem

Helleborus foetidus, foto Margo van Beem

Mijn eerste kennismaking met Helleborus was tijdens een kerstvakantie in Zuid-Frankrijk, misschien al wel dertig jaar geleden. Daar groeide stinkend nieskruid (Helleborus foetidus) langs de beken. Verwachtingsvol stonden de planten in knop. Ik heb toen zaailingen meegenomen. Het bleek een soort te zijn die vrij gemakkelijk groeit in tuinen die humus en (kalkrijke) klei bevatten. De oude planten staan vaak niet langer dan 4 jaar op dezelfde plaats. Dat geeft niet, hij heeft zich dan allang weer uitgezaaid en zaailingen kun je weer verplanten naar de plaats waar je het nieskruid graag wil hebben.

Later leerde ik de bladverliezende wrangwortel (Helleborus viridis) kennen. Die heb ik niet in het wild gevonden, maar indertijd bij een rotsplantenkwekerij in De Bilt gekocht. Deze kwekerij bestaat helaas niet meer. De plant heb ik na bijna 20 jaar nog steeds in de tuin staan. Ieder jaar bloeit ze met prachtig heldergroene bloemen. De wrangwortel vermeerdert zich in de tuin niet vanzelf. Hij is ook niet gemakkelijk te scheuren. Daar houdt Helleborus sowieso niet van. Zelfs voorzichtig verplanten vindt Helleborus meestal niet zo leuk. Hij doet er soms jaren over om weer te herstellen. Het zijn wel hele standvastige planten die dus zeker meer dan twintig jaar op een plek kunnen staan. Ze zijn vaak duur in aanschaf, maar dan heb je ook wat!

Helleborus orientalis, zaailing met spikkels op de kelkbladeren, foto Margo van Beem

Helleborus orientalis, zaailing met spikkels op de kelkbladeren, foto Margo van Beem

Inmiddels heb ik ook veel oosterse kerstrozen of vastenrozen (Helleborus orientalis) staan in allerlei kleuren van wit tot roze; met puntige en ronde kelkblaadjes; met- en zonder spikkeltjes op de kelkblaadjes enz. Spikkeltjes op de kelkblaadjes inderdaad! De kroonblaadjes van Helleborus zijn over het algemeen kleine vergroeide groene blaadjes die al vrij snel na de bloei uitvallen. De kelkblaadjes blijven echter rondom het vruchtbeginsel staan, waardoor het lijkt alsof de kerstroos heel lang bloeit. De Helleborus orientalis is heel wat eenvoudiger in de tuin te houden en is het hele jaar met blad aanwezig. Ik heb een echte kleituin (met veel humus), Helleborus orientalis zaait zich er fantastisch uit. Doordat ze onderling goed kruisen ontstaan er telkens weer andere bloemkleuren. Het duurt meestal 2 of 3 jaar voor een zaailing in bloei komt. Het oude blad van de planten knip ik meestal af net voor de planten gaan bloeien. Het blad biedt vaak nog wel wat bescherming tegen de vorst, dus haal het er niet te vroeg af.

Margo van Beem, Vis à Vis Ontwerpers